De op 24 maart uitgekomen documentaire Seaspiracy gaat over de milieu-impact van de visserij. Vooral in Japan zijn zij er achter gekomen over hoe schokkend het visbeleid eigenlijk is. Deze documentaire is geproduceerd door de Britse filmmaker Ali Tabrizi, die in 2018 een zelfde soort documentaire maakte, maar dan over de vleesindustrie: Vegan
De documentaire begint met een introductie van Ali Tabrizi. Op jonge leeftijd was hij gefascineerd door dolfijnen en walvissen. Hij ging dan ook vaak naar het dolfinarium, niet wetende hoe die dolfijnen en orca’s daar terecht waren gekomen. Toen Tabrizi wat ouder werd, ging hij onderzoek doen naar de oceaan. Hij keek veel naar oceaan-documentaires van Sir David Attenborough., Ali wilde namelijk net zulke documentaires gaan maken.
Tabrizi’s kijk op de oceaan veranderde compleet door zijn onderzoek. Hij kwam erachter dat er elke minuut plastic in de oceaan wordt gedumpt, waardoor er nu zo’n 150 miljoen ton aan plastic in de zee drijft. Dat plastic breekt af tot microplastic. Er is nu zo veel microplastic in de oceaan; meer dan dat er sterren zijn in het hele melkwegstelsel, en dat keer 500.
De missie van Tabrizi is simpel: stop wereldwijd met het gebruiken van plastic tandenborstels, rietjes, flessen, tassen en alles wat met plastic te maken heeft. Hij stopt niet tot zijn boodschap is overgekomen.
Taiji
Over naar het vissen. In het zuiden van Japan ligt een plaatsje genaamd Taiji, in dit plaatsje worden jaarlijks 700 dolfijnen en kleine walvissen gedood voor een heel slechte reden: ze eten de vissen op die de vissers willen vangen, ze zien dolfijnen dus als concurrentie. Dit bloedbad wordt nooit op film vastgelegd, want de politie wilt niet dat het wordt gefilmd.
De overheid staat achter de vissers. Waanzin!
Daarna ging Tabrizi naar een plaats dichtbij Taiji. Daar is een haven vanuit waar alleen maar op tonijn wordt gevist, vooral de Blauwvintonijn. Eén Blauwvintonijn is 3 miljoen dollar waard. Er is nu al zoveel op tonijn gevist, dat er nog maar 3% van de wilde tonijnen over zijn. Niet alleen tonijnen worden overbevist, maar ook haaien, voor de haaienvinnensoep.
Per uur worden er 30.000 tot 50.000 haaien gedood. In Azië worden hun vinnen afgesneden en in de soep gedaan voor de haaienvinnensoep. De mensen die op de havens werken, willen niet worden gefilmd, omdat zij niet exposed willen worden met wat voor vreselijke dingen zij allemaal doen.
Slavernij
In de documentaire komt ook slavernij voorbij. Tabrizi sprak met mensen in Thailand die op vissersboten onder slaaftoestanden (onmenselijke toestanden) hebben gewerkt. Deze mensen moesten in de documentaire wel anoniem blijven, anders werden zij opgepakt. Ze mochten er namelijk niks over vertellen. Deze ‘slaven’ voortdurend blijven werken, anders konden ze zelfs worden gedood en in de zee gedumpt door hun bazen. De ouders weten niet wat er echt is gebeurd met hun kinderen. De bazen zeggen dat de kinderen van de boten zijn afgevallen.
Eén van de interviews werd abrupt onderbroken, omdat iemand de politie had verteld over de interviews.
Conclusie
Door deze documentaire te kijken ben ik veel meer te weten te komen over wat er echt gebeurt binnen de visserij. Het was wel een goed gemaakte documentaire. De volledige anderhalf -uur heb ik er aandachtig naar gekeken. Ik raad het zeker aan om deze documentaire te bekijken.
Bron: AD
Artikel door Thijs de Groot